Zijn dalende aandelenmarkten uw grootste zorg?

Geen gemakkelijke periode voor beleggers. Al blijven de aandelenmarkten volatiel, toch lijkt het vertrouwen heel stilletjes terug te komen. Maar er is een belangrijke boosdoener die ervoor zorgt dat koopkracht onder druk staat: inflatie.

Pieter Bailleul 25 juli, 2008 | 10:15
Facebook Twitter LinkedIn
Inflatie is het stijgen van het algemene prijspeil. Wanneer inflatie stijgt, daalt uw koopkracht. U kunt minder kopen voor hetzelfde bedrag. Op dit moment bedraagt de inflatie in Europa 4%. De Nederlandse inflatie is eerder laag (2,6%), terwijl de Belgische inflatie met 5,8% tot de toppers behoort.

Bescherming tegen inflatie
Beleggen in aandelen is op lange termijn de beste bescherming tegen inflatie. Maar dan moet u wel geloven dat aandelen over de lange termijn gemiddeld minstens 8% per jaar opbrengen. Bovendien moet u bereid zijn het risico te aanvaarden. Heeft de kredietcrisis u slapeloze nachten bezorgd, dan kunt u kiezen voor een minder volatiel en veiliger alternatief: inflatie geïndexeerde obligaties.

Dit type obligatie biedt u een reëel rendement, het rendement na aanpassing voor inflatie. Een inflatie geïndexeerde obligatie met een reëel rendement van bijvoorbeeld 2,5%, keert bij het huidige inflatieniveau van 4% in totaal 6,5% uit.


Inflatieverwachtingen
Een belangrijke maatstaf om te bepalen of inflatie geïndexeerde obligaties een zinvol alternatief zijn voor gewone obligaties is de break-even inflatie. Om deze te berekenen trekt u het reële rendement van een inflatie geïndexeerde obligatie af van het rendement van een vergelijkbare gewone obligaties.

Een gewone Franse 2012 obligatie gaf aan het begin van juli bijvoorbeeld een rendement van 4,89%. Een Franse voor (Europese) inflatie geïndexeerde obligatie met dezelfde looptijd gaf op dat moment een reëel rendement van 2,27%. De break-even inflatie, het verschil, is dan 2,62%.

2,62% is hoog en lijkt onaantrekkelijk. Veel hangt af van uw inflatieverwachting. Inflatie gaat een nieuw tijdperk tegemoet. De individuele centrale banken zijn niet meer in staat om de inflatie onder controle te houden. Ze zullen gezamenlijk een nieuw actiekader moeten uitwerken en dat kan enige tijd duren. Onder meer Lex Hoogduin, hoofdeconoom van Robeco stelt dat er een einde is gekomen aan “een kwart eeuw van lage en stabiele inflatie”.

Geïndexeerde obligaties worden in Europa meestal aan de geharmoniseerde consumentenprijsindex voor de Eurozone (HICP) gekoppeld. Geharmoniseerd betekent dat de inflatie in elk land op dezelfde wijze wordt berekend. Hierdoor zijn de inflatievoeten in de afzonderlijke landen in de Europese unie onderling gemakkelijker vergelijkbaar.


Kies voor meer diversificatie
Wanneer u inflatie geïndexeerde obligaties aanhoudt tot het einde, bent u zeker van het reële rendement dat u zult behalen. Moet u voor vervaldag verkopen, dan kunnen tussentijdse prijsschommelingen voor verlies zorgen. Door uw beleggingen beter te spreiden over verschillende aanbieders en verschillende regio’s, kunt u dit risico beperken. Een eenvoudige manier om dit te doen is door te kiezen voor inflatie geïndexeerde obligatiefondsen.

Onder meer Schroder behaalde met zijn inflatie geïndexeerde obligatiefonds een prima rendement van 8,56% over de afgelopen 12 maanden. Het fonds beperkt zich niet enkel tot de eurozone, maar belegt in obligaties die uitgegeven worden door zowel overheden als ondernemingen over de hele wereld. Ruim 50% wordt belegd in Amerikaans en Brits schuldpapier. De blootstelling aan deze munten wordt volledig ingedekt. De totale kostenratio (TER) bedraagt 0,94%, hoog voor een obligatiefonds.

Het inflatie geïndexeerde obligatiefonds van AXA hanteert een top down benadering en presteerde met 5,08% minder goed dat het fonds van Schroder. Belangrijkste reden is de euro-oriëntatie van het AXA fonds, terwijl Schroder meer globaal belegt. De kosten liggen alvast lager, de management fee bedraagt 0,50%.

Heel wat verder in de rij staan KBC en Fortis die met hun inflatie geïndexeerde obligatiefondsen 4,51% en 4,23% respectievelijk wisten te behalen. Beide fondsen beleggen een groot gedeelte van hun portefeuille in Franse obligaties. Fortis richt zijn pijlen meer op korte termijnsobligaties, waar KBC eerder kiest voor middellange en lange termijn. Al beleggen beide fondsen voornamelijk in euro-obligaties, kiest KBC ook voor een positie van 5% in obligaties uit de VS. Belangrijk verschil in kosten: voor KBC betaalt u een TER van 0,93%, terwijl u voor het inflatie geïndexeerde obligatiefonds van Fortis jaarlijks 0,45% betaalt.
Facebook Twitter LinkedIn

Over de auteur

Pieter Bailleul

Pieter Bailleul  is Marketing Manager for Morningstar Benelux

© Copyright 2025 Morningstar, Inc. Alle rechten voorbehouden.

Voorwaarden        Privacybeleid        Cookie Settings        Beleidsdocumenten